Weerbericht:
Van het westen uit meer bewolking
Verkeersinformatie:
4 files van totaal 13 km

'Gegevens schepen bij calamiteiten snel beschikbaar'

Toegevoegd: 01-06-2006, 18.01 uur
Door: Provinciale Zeeuwse Courant

TERNEUZEN - Bij calamiteiten op de Westerschelde moeten de hulpdiensten en andere betrokken instanties snel kunnen beschikken over alle gegevens over de betrokken schepen en hun (gevaarlijke) lading. Alleen dan kan adequaat worden opgetreden. Die gegevens moeten worden verzameld en verstrekt via één centraal informatiepunt.


Het informatiepunt kan het beste worden beheerd door Rijkswaterstaat of de Regionale Brandweer.

Bij de hulpverlening moet Rijkswaterstaat de nautische coördinatie op zich nemen, terwijl het regionale beleidsteam de zaken op de wal regelt, zoals het begeleiden van de informatiestroom tussen de verschillende betrokken instanties en diensten. Dat zei burgemeester J. Lonink van Terneuzen, de voorzitter van het Zeeuwse Veiligheidscollege gisteren nadat burgemeester J. F. Mulder van Hulst hem het evaluatierapport van de stranding van het containerschip Fowairet, in september vorig jaar op de Platen van Ossenisse, had overhandigd.

Uit dat rapport bleek dat er, vergeleken met eerdere vergelijkbare incidenten, bij de coördinatie van de hulpverlening vooruitgang was geboekt. Maar Mulder wees ook op tal van ’verbeterpunten’. De behoefte aan één centraal informatiepunt, dat in zo’n geval beschikt over alle gegevens over schip en lading, was het belangrijkste.

In het geval van de Fowairet bleek dat verschillende hulpdiensten zich met het achterhalen van informatie hadden beziggehouden, terwijl die al in een vroeg stadium bij één van de partijen bekend was. Dat er verkeerde ladinggegevens werden verstrekt, bleek te wijten aan een verkeerde interpretatie. Ook de alarmering van de hulpdiensten bleek te haperen. Zo werd de brandweer pas enkele uren nadat het schip was vastgelopen op de hoogte gebracht.

Overeenkomsten
Voorzitter Lonink van het Veiligheidscollege zag gisteren duidelijke overeenkomsten tussen de aanbevelingen in het evaluatierapport en de voorlopige bevindingen van de werkgroep die onder leiding van oud-staatssecretaris Van Houwelingen de aanpak van de rampenbestrijding op de Westerschelde in kaart brengt.

De werkgroep met vertegenwoordigers van de ministeries van Verkeer en Waterstaat en van Binnenlandse Zaken, van de provincie, Rijkswaterstaat en de Veiligheidsregio Zeeland i.o. heeft inmiddels een tussenrapportage ingeleverd; in oktober volgt het eindadvies. Volgens Lonink zal het instellen van één informatiepunt ook in dat advies prioriteit krijgen, naast de inzet van de hulpdiensten (meer personeel en aanzienlijk beter materieel), het maken van duidelijke afspraken met de goed geoutilleerde Scheldehavens Antwerpen en Gent en de betrokkenheid en rol van de zeven Westerscheldegemeenten.

Lonink ziet bij de bestrijding van calamiteiten ook nog steeds een belangrijke rol weggelegd voor de particuliere bergers. ,,Die waren even buiten beeld, maar daar is inmiddels verandering in gekomen. In ieder geval moeten we als overheidsinstanties niet willen dat er speciale vaartuigen worden aangeschaft, die vervolgens voornamelijk liggen weg te roesten.’’


Reageer op dit bericht

Reacties

Nieuwe reactie plaatsen:

Alle ingestuurde reacties worden voor publicatie door de redactie beoordeeld. De redactie behoudt zich het recht voor om de reactie zonder opgaaf van redenen te weigeren of in te korten. Bij het insturen van een reactie geeft u ons toestemming de ingevoerde persoonsgegevens te verwerken. Lees hier alle regels over het plaatsen van reacties. U mag 750 tekens gebruiken voor uw reactie.

Zelf reageren? Lees hier de spelregels.

Aantal tekens
0 van 750
Cookie-instellingen beheren