Weerbericht:
Van het westen uit meer bewolking
Verkeersinformatie:
Geen files

Flinke stijging woningovervallen

Toegevoegd: 23-11-2010, 12.13 uur
Door: Roland de Jong
MIDDELBURG - Terwijl het aantal overvallen op winkels juist iets daalt is het aantal overvallen op woningen explosief gestegen. Sinds 2000 zijn er 80 procent meer van zulke overvallen gepleegd. Dat blijkt uit het onderzoek 'Overvallen in Nederland'.


In een reactie op het rapport laat minister Opstelten van Veiligheid en Justitie weten de strijd tegen overvalcriminaliteit op te gaan voeren. Het aantal overvallers dat wordt bestraft, moet de komende vier jaar verdubbelen en het openbaar ministerie gaat hogere straffen eisen. Deze maatregelen moeten ervoor zorgen dat het aantal overvallen daalt naar 1.900 per jaar. Opstelten: “De impact van overvallen is zo groot, dat we de huidige situatie niet mogen laten voortduren. In de regio’s waar de problemen het grootst zijn, moet de heterdaadkracht omhoog. Ik ga daar samen met de politie en Openbaar Ministerie voor zorgen.”

Zeeland
Het aantal overvallen is in de afgelopen jaren ongeveer op dezelfde wijze verdeeld gebleven over de verschillende politiregio's. De regionale spreiding van woningovervallen wijkt bovendien niet sterk af van die van andere overvallen. Met uitzondering van overvallen op zogeheten beroepswoningen. Deze komen naar verhouding iets minder voor in stedelijke politieregio’s. Onze provincie heeft bijvoorbeeld naar verhouding veel woningovervallen op beroepswoningen ten opzichte van het totaal aantal overvallen.

In Zeeland werden in de afgelopen tien jaar 218 overvallen gepleegd. Dat zijn er gemiddeld een kleine 22 per jaar. Op het totaal van overvallen in Nederland is dat nog geen 1 procent. Het aantal overvallen schommelt in Zeeland sterk. Zo waren er in 2000 in totaal 18 overvallen. Het jaar erna was er een flinke uitschieter: 33 overvallen. Hierna nam het aantal echter weer flink af (12 in 2002 en 16 in 2003). 2004 had een piek met 27 overvallen, maar ook hierna daalde het aantal weer. Regionaal zijn er grote verschillen in het percentage 'opgehelderde delicten'. Veel overvallen worden ook nooit opgelost. Zo werd in de periode 2007-2009 in Zeeland gemiddeld 27 procent van de overvallen opgelost. Over de periode 2000-2009 was dat nog 33 procent; een derde van het totaal.

Het (landelijke) aantal daders dat wordt bestraft, moet volgens Opstelten de komende vier jaar verdubbelen van 16 procent naar 32 procent in 2015. Daarvoor moet het ophelderingspercentage naar 40 procent. “Politie en OM gaan zich focussen op risicogroepen en –locaties. Tevens wordt sterk ingezet op het voorkomen van overvallen. De veiligheidshuizen spelen bij deze persoonsgerichte aanpak een belangrijke rol. Hierdoor komen de overvallers nog beter in beeld. Het onderzoek laat namelijk zien dat overvallen vaak worden gepleegd door personen met meerdere veroordelingen op hun naam. Het aantal overvallen moet dalen van 2.900 overvallen in 2009 naar 1.900 per jaar in 2015 (het niveau van 2006).”

Strafeisen
Het Openbaar Ministerie (OM) verhoogt zijn strafeisen tegen verdachten van overvallen op woningen en bedrijven. Het College van procureurs-generaal heeft een richtlijn vastgesteld waarin dat is geregeld. Ten opzichte van de huidige praktijk wordt de strafeis tegen meerderjarige overvallers met een jaar verhoogd. Een meerderjarige verdachte van een overval op een bedrijf kan rekenen op een strafeis van twee jaar, een overvaller op een woning op een eis van drie jaar. Als er gedreigd is met een vuurwapen, wordt de eis in beide gevallen met een jaar verhoogd. Is er sprake van zwaar lichamelijk letsel, dan betekent dit wederom een jaar extra gevangenisstraf. Bij recidive gaat de straf met nog eens 50% omhoog. De richtlijn wordt 1 december 2010 van kracht en geldt voor delicten die vanaf die datum worden gepleegd.

Burgers en bedrijfsleven hebben zelf een belangrijke rol bij het voorkomen van een overval en zij moeten deze verantwoordelijkheid ook nemen. In Rotterdam is de inzet van de dna douche succesvol gebleken. De minister zal de succesvolle regeling Keurmerk Veilig Ondernemen met een paar jaar verlengen. Met deze regeling kunnen ondernemers samen de veiligheid in hun eigen omgeving vergroten. Voor mensen en bedrijven die preventieve maatregelen nemen nadat ze zijn overvallen, bestaat ook een subsidieregeling (via het Schadefonds Geweldsmisdrijven). Deze wordt ook in 2011 verlengd. Uit onderzoek blijkt namelijk dat wie eenmaal slachtoffer is geworden van een overval een grotere kans heeft opnieuw slachtoffer te worden.

Buit
Het onderzoek geeft op veel zaken rondom overvallen tekst en uitleg. Zo gaat men onder meer in op de aard van de buit, het gebruik van geweld en de relatie tussen overvaller en slachtoffer. Zo blijkt uit het onderzoek dat bij woningovervallen landelijk gezien naar verhouding vaker goederen worden buitgemaakt dan bij andersoortige overvallen. Het aantal overvallen waarbij (ook) geld wordt buitgemaakt, ligt substantieel lager dan bij andersoortige overvallen. Bij overvallen op privéwoningen wordt in 63% van de gevallen (ook) geld buitgemaakt, bij andersoortige overvallen ligt dit percentage op 91%.

De waarde van de buit varieert sterk naar type woningoverval. De grootste buit wordt gemaakt bij overvallen op bedrijfswoningen. De mediane buit ligt hier vier keer hoger dan bij andere overvallen. Bij overvallen op ouderenwoningen wordt daarentegen weer relatief weinig buitgemaakt. De mediane buitwaarde ligt hier twee keer zo laag als bij andersoortige overvallen. Bij ongeveer de helft van deze overvallen wordt maximaal 250 euro buitgemaakt. De buit bij overvallen op privéwoningen ligt dichter bij het gemiddelde van andere overvallen.

Geweld

Woningovervallen zijn, vergeleken met andere overvallen, zéér gewelddadig te noemen. In 80 tot 85 procent van de gevallen wordt fysiek geweld toegepast. Bij andersoortige overvallen gebeurt dit in minder dan de helft van de gevallen (48%). Bij 34 tot 43% van de woningovervallen vallen doden of gewonden. Bij andersoortige overvallen is dit 14%. Bij overvallen op beroepswoningen vallen in bijna de helft van de gevallen (43%) gewonden, drie keer zo vaak als bij andersoortige overvallen.

“Bij deze overvallen zien we ook vaker dan gemiddeld het gebruik van (grote) vuurwapens, terwijl overvallen op ouderenwoningen juist weer opvallen doordat er heel vaak geen wapens worden gebruikt bij de overval (in 35% van de gevallen wordt geen wapen gebruikt tegen 13% bij andersoortige overvallen). Ook vuurwapens komen bij overvallen op ouderenwoningen veel minder vaak voor. Dat maakt deze overvallen niet minder gewelddadig, integendeel: bij een derde van deze overvallen vallen gewonden”, aldus de onderzoekers.

De leeftijd van de daders vertoont geen relatie met de kans op gewonden bij een overval. Dit wordt soms wel verondersteld: jongeren zouden eerder in paniek raken en dan geweld gaan gebruiken. Dit zien we echter niet terug in de gegevens: de kans op geweldgebruik is bij jonge daders niet groter of kleiner dan bij oudere daders.

Groepen
Beroepswoningen en privéwoningen worden naar verhouding vaker overvallen door grotere groepen. Bij 46% respectievelijk 41% van de gevallen is sprake van drie of meer daders. Bij andere overvallen ligt dit percentage de helft lager (20%). Heel opvallend is dat we ook vaker vrouwelijke daders tegenkomen, vooral bij overvallen op ouderenwoningen. Verder zien we bij woningovervallen gemiddeld iets oudere daders, maar het verschil met andere overvallen is niet heel groot.

In vergelijking met andere overvallen worden bij overvallen op ouderenwoningen vaker blanke daders gesignaleerd (28 tegen 21% bij overige overvallen), negroïde daders worden bij dit delict minder vaak gesignaleerd (14 tegen 25%). Bij overvallen op privéwoningen worden vaker dan gemiddeld negroïde daders gesignaleerd (36 tegen 25%). Overig getinte daders worden in gelijke mate gesignaleerd bij alle woningovervallen (ongeveer in een derde van de gevallen).

Relatie
Uit diverse onderzoeken is naar voren gekomen dat er vaak een relatie is tussen de daders en de slachtoffers. Uit praktisch alle analyses komt naar voren dat in tenminste een groot deel van de gevallen sprake is van enige connectie tussen het slachtoffer en één of meer van de daders. De aard van de connectie kan uiteenlopend zijn: familie, vriend, bekende, vriend van bekende, seksrelatie, klant, ex-klant, werknemer, ex-werknemer, buurtgenoot, klasgenoot of bekende uit het criminele milieu. Vaak is hier ook het motief voor de overval in te vinden.

In veel gevallen gaat het om het buitmotief (men vermoedt dat er iets te halen valt) of er moet een rekening worden vereffend (wraak). Ook kan er een combinatie van het voorgaande plaatsvinden. Bijvoorbeeld wanneer er wordt gehandeld vanuit het criminele milieu. Er wordt dan bijvoorbeeld verwacht dat er geen aangifte wordt gedaan of iemand heeft nog geld tegoed. Bij kwetsbare groepen wordt het motief deels bepaald doordat er een geringere weerstand is vanuit het slachtoffer. Voor een bepaald adres wordt ook gekozen omdat een bepaalde woning gemakkelijk te overvallen is. Uit onderzoek is overigens wel vast komen te staan dat veel overvallers hier later op terugkwamen omdat het verloop van de overval in veel gevallen tegen bleek te vallen.

Uit het onderzoek blijkt dat vrouwen bovengemiddeld actief zijn bij woningovervallen. Dit is ook de categorie waar de kans op gewonden het grootst is. Vooral bij overvallen op ouderenwoningen zijn vrouwen zeer sterk oververtegenwoordigd. Bij 8% van deze overvallen zijn vrouwen betrokken (gemiddeld is dit 2%). Over de afgelopen 10 jaar waren zelfs bij 16% van deze overvallen vrouwen betrokken. 10% van deze overvallen kende alleen vrouwelijke daders (naar waarneming van de betrokken slachtoffers/getuigen).

Etniciteit
Volgens de onderzoekers zijn er geen aanwijzingen dat betrokkenheid van buitenlanders bij overvallen toeneemt. Nederlanders vormen nog steeds de grootste groep overvallers: 32 procent van het totaal. Zij worden gevolgd door de Marokkanen (18%), Surinamers (13%), Antillianen (9%) en Turken (6%). De overige 22 procent is verdeeld over de hele wereld. De grootste groepen vormen West-Europa (gemiddeld 5%), Afrika (exclusief Marokko 4%) en het Midden-Oosten (3%).

De etniciteit van de daders blijkt niet gerelateerd aan de kans op gewonden bij een overval. Dit gegeven gaat in tegen de hier en daar gehoorde stelling dat negroïde daders meer geweld toepassen. “We zien weliswaar dat bij deze groep de kans op fysiek geweldsgebruik en de kans op het gebruiken van (grote) vuurwapens bij een overval iets groter is, maar dit leidt niet tot meer gewonden”, aldus de onderzoekers.

Zie ook:
- Ons dossier: Overvallen in Zeeland


Reageer op dit bericht

Reacties

Nieuwe reactie plaatsen:

Alle ingestuurde reacties worden voor publicatie door de redactie beoordeeld. De redactie behoudt zich het recht voor om de reactie zonder opgaaf van redenen te weigeren of in te korten. Bij het insturen van een reactie geeft u ons toestemming de ingevoerde persoonsgegevens te verwerken. Lees hier alle regels over het plaatsen van reacties. U mag 750 tekens gebruiken voor uw reactie.

Zelf reageren? Lees hier de spelregels.

Aantal tekens
0 van 750
W. (23-11-2010 om 13:30)
Moeten ze daar speciaal een onderzoek voor doen?? dat kon ik je ook wel vertellen hoor dat het aantal woningovervallen stijgen. dat komt omdat er winkels veel minder te halen valt dan vroeger.
Bert schotsman (23-11-2010 om 13:21)
En de politie maar druk zijn met achterlichtjes en fietsbellen. Zou dat geen mooie taak zijn voor de ouders van de schooliertjes
Karel (23-11-2010 om 12:55)
Tja ze moeten als nog duurder maken voor de mensen tegenwoordig kan je als werkende mens je lasten bijna niet betalen als word duurder maar de loon blijft zelfde
Cookie-instellingen beheren