Weerbaarheidstraining politieagenten

MIDDELBURG - Minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) geeft 45 miljoen euro uit om de weerbaarheid van politieagenten te verhogen. In totaal gaan ongeveer 40.000 politiemensen in drie jaar tijd getraind worden. Per jaar zijn dit ruim 13.300 agenten die een training van 32 uur krijgen.

Agenten die zich in de frontlinie bevinden, krijgen mentale weerbaarheidstraining. Daarnaast wordt vastgestelde, werkgerelateerde Posttraumatische Stress Stoornis (PTSS) aangemerkt als een juridisch erkende beroepsziekte.

De mentale-weerbaarheidstraining, die in groepsverband wordt uitgevoerd, geeft de agent de vaardigheden die hij nodig heeft om zich met zelfvertrouwen op straat aan zijn werk te wijden. Deze training is bedoeld als inhaalslag voor het zittende personeel. Parallel hieraan wordt voor de structurele situatie een landelijk uniforme Integrale Beroepsvaardigheden Training (IBT) ontwikkeld en ingevoerd.

Posttraumatische Stress Stoornis
De politieagenten die PTSS oplopen, moeten goed gesteund worden door hun korps. Dit wordt door de meerderheid van de korpsen verschillend aangepakt. Opstelten wil dat de Nederlandse politie een eenduidige aanpak heeft voor dit soort kwesties.

"Alle inspanningen moeten erop gericht zijn om het genezingsproces juist zo vlot mogelijk te laten verlopen. Dit is beter voor de agent in kwestie en zorgt er ook voor dat hij sneller weer inzetbaar is voor de dienst", aldus Opstelten. "De kern van dit beleid moet zijn, dat iedere agent die getroffen wordt door PTSS, waarvan medisch is vastgesteld dat het om PTSS gaat, als beroepsziekte in juridische zin erkend wordt."