Traumahelikopter Brugge krijgt nieuwe kleuren

BRUGGE - De traumahelikopter van het Instituut voor Dringende Medische Hulpverlening (IDMH) wordt binnenkort overgespoten in een andere kleur. De oranje-witte huiskleuren van de Rabobank worden vervangen door die van Touring Wegenhulp, de Belgische Wegenwacht. Dat wordt de komende vijf jaar de hoofdsponsor van de helikopter, die jaarlijkse honderden keren uitrukt om bijstand te verlenen bij zware ongevallen en calamiteiten.

De Rabobank in West-ZeeuwsVlaanderen trad de afgelopen drie jaar op als hoofdsponsor. De bank paste jaarlijks 45.000 euro bij. Een woordvoerder van de bank in Sluis gisteren: „We hebben dat gedaan omdat we veel waarde hechten aan de hulpverlening vanuit de lucht, die levensreddend kan zijn. De bank was best bereid nog een half jaartje door te gaan, maar ik heb begrepen dat er een nieuwe sponsor is gevonden voor een periode van vijf jaar. Helemaal stoppen doen we overigens niet. We blijven jaarlijks 5000 euro bijdragen.“

Zaterdag werd bij het Academisch Ziekenhuis Sint Jan in Brugge (de standplaats van de helikopter) stilgestaan bij de 10.000ste vlucht. Er werd nog wat schimmig gedaan over de nieuwe hoofdsponsor, maar inmiddels lekte uit dat het gaat om Touring Wegenhulp, de Belgische Wegenwacht.

De traumahelikopter voert jaarlijks ruim 600 vluchten uit, gemiddeld twee per dag. Bij het grootste deel daarvan gaat het om spoedeisende hulp. Daarnaast worden ook vluchten uitgevoerd met ernstig zieke patiënten die van het ene ziekenhuis naar het andere worden overgebracht. En verder worden organen overgevlogen. De helikopter bestrijkt het gebied in een straal van ruim 50 kilometer rond Brugge. Het strekt zich uit van West-Vlaanderen tot een groot deel van Oost-Vlaanderen en Zeeuws-Vlaanderen. Voor hulp bij ongevallen in Zeeuws-Vlaanderen worden jaarlijks gemiddeld 35 vluchten uitgevoerd.

Vluchtkosten
De vluchtkosten komen voor rekening van de zorgverzekeraars. De gemeenten in de regio dragen bij in de kosten om de helikopter stand-by te houden. Via een financiële regeling doet ook het Nederlandse ministerie van Volksgezondheid een duit in het zakje. Het leeuwendeel van het half miljoen dat de inzet van de helikopter jaarlijks vergt, wordt neergeteld door de provincie WestVlaanderen.

In 1986 ging de traumahelikopter (de enige met de status van Medische Urgentie Groep/MUG) als een van de eerste ’vliegende hulpverleners’ in Europa de lucht in. Sindsdien is de inzet alleen maar gegroeid.

In totaal zijn er door de jaren heen bijna 3900 zwaargewonden vervoerd naar het dichtstbijzijnde of meest gespecialiseerde ziekenhuis. De helikopter vormt, volgens een woordvoerder van het IDMH in Brugge, een uiterst belangrijke aanvulling van de MUG-voertuigen, die overal in België zijn gestationeerd.

„We proberen de interventietijd van een MUG-voertuig altijd onder de vijftien minuten na een oproep te houden, maar dat is niet altijd mogelijk. Daarbij spelen factoren als de geografische spreiding van de ziekenhuizen, de bevolkingsdichtheid en de steeds groeiende drukte op de wegen een belangrijke rol, aldus de woordvoerder.

De traumaheli is in de meeste gevallen sneller ter plaatse, zeker in het landelijk gebied en op de stranden. Binnen vier minuten na de oproep is de heli in de lucht, landen vergt één minuut. Er wordt gevlogen met een gemiddelde snelheid van drie kilometer per minuut.

En dat kwam ook tijdens de tienduizendste vlucht zeer van pas. Die ’jubileumvlucht’ leidde naar Meulebeke, waar een 71-jarige man kampte met hartritmestoornissen. De heli landde er om 16.43 uur en leverde de man om precies 17.04 uur af in het Heilig Hartziekenhuis in Roeselaere. Het was de 3865ste patiënt.