'14 Mensen ernstig in gevaar' door start van taxibaan

ARNEMUIDEN - Het incident waarbij vorig jaar op vliegveld Midden Zeeland in Arnemuiden een vliegtuig op geringe hoogte over een ander toestel vloog, heeft volgens de Onderzoeksraad voor Veiligheid geleid tot ernstig gevaar voor 14 betrokkenen. Dat staat in de Kwartaalrapportage luchtvaart 2e kwartaal 2022 van de Onderzoeksraad.

Op 13 juni 2021 startte rond 12.50 uur een piloot met zijn toestel van het type Reims F172P vanaf de taxibaan. Het vliegtuig had twee passagiers aan boord. Op hetzelfde moment taxiede een Cessna 208 het opstijgende toestel tegemoet. Aan boord van dit toestel waren een piloot en tien parachutisten die zich opmaakten voor een zogeheten parachute dropping vlucht.

Net voordat de piloot van de Reims F172P de taxibaan opdraaide, had de Cessna 208 dit ook gedaan. De piloot van de Cessna 208 zag vervolgens dat de Reims F172P omdraaide, de landingslichten aangingen en recht op hem af kwam. De piloot verklaarde dat de F172P met zo’n 5 à 10 meter tussenruimte over hem heen vloog.

De raad schrijft in haar rapport dat de start van de taxibaan heeft geleid tot een bijna-botsing. “Hierbij is de veiligheid van 14 mensen ernstig in gevaar is geweest”, aldus de raad. Volgens de onderzoekers heeft de piloot van de F172P aangegeven dat hij zich niet bewust was van het feit dat hij van de taxibaan was gestart en daarbij over de Cessna 208 vloog. “Hij had het idee dat de Cessna 208 dicht bij de baan taxiede; hierdoor week hij tijdens startrol iets naar links uit”, aldus het rapport.

Waardoor de piloot van de Reims van de taxibaan is vertrokken, kon volgens de Onderzoeksraad niet met zekerheid worden vastgesteld. “De piloot heeft verklaard dat hij een radio-oproep maakte waarin hij aangaf dat hij de start zou aanvangen. Hij hoorde op de radiofrequentie een ‘roger’, wat hij aannam als een soort klaring. De raad schrijft in haar rapport echter dat het algemeen bekend is dat op ongecontroleerde vliegvelden (zoals Midden-Zeeland, red.) de havendienst geen klaringen verstrekt.

“De havendienst verstrekt alleen luchthaveninformatie zoals informatie over het actuele gebruik en beperkingen van de luchthaven, de windrichting en -sterkte, luchtverkeeractiviteiten in de nabijheid van de luchthaven en informatie over taxiprocedures. De gezagvoerder is voor iedere vlucht verantwoordelijk voor een veilige vluchtuitvoering van en naar ongecontroleerde vliegvelden”, aldus de raad.

Verder gaf de piloot van de Reims F172P aan dat de radiofrequentie van Midden Zeeland Radio druk bezet was met transmissies van de havendienst aan taxiënd verkeer om parkeerplaatsen toe te wijzen. Een combinatie van de aanname dat het woord ‘roger’ een verkeersklaring is en de afleiding door het drukke radioverkeer hebben mogelijk een rol gespeeld bij het ontstaan van het incident, zo stelt de Onderzoeksraad.

“Op basis van het woord “roger” aannemen dat een klaring is ontvangen en vervolgens de start aanvangen brengt grote risico’s met zich mee, vooral wanneer niet van de in gebruik zijnde baan wordt gestart. Dit ernstige incident toont aan dat, los van mogelijk afwijkende en afleidende omgevingsfactoren, een piloot zich dient te vergewissen van zijn positie op het vliegveld en zeker dient te stellen dat van de in gebruik zijnde baan wordt gestart”, zo concluderen de onderzoekers.